MIJN KLASSIEKERS
Renault Clio
Auto's
| 06-09-2019
Een sympathiek Frans dieseltje, dat moest mijn eerste auto zijn. Bijvoorbeeld een Peugeootje - een 106 of 206 -, maar het werd uiteindelijk een Clio. En pas toen ik een Clio hád, werd het een van mijn klassiekers. Veel sympathieker dan de Clio II vind je ze namelijk niet, denk ik.
Mijn Clio was een 1.9D uit 1999 in de basisuitvoering (dus geen RT of RN), maar wel met deels meegespoten bumpers. Niet aanwezig waren mistlampen, airco (destijds sowieso niet aanwezig op een Clio, want nog echt een luxe) en centrale deurvergrendeling, en je moest zwengelen om de voorste zijramen open te doen. Achter zaten uitklapraampjes, want het was een
Het gemoedelijke karakter was ook goed te zien in de vormgeving van de auto. Ik weet nog dat ik de eerste persfoto’s zag, direct al op pagina 3 van de AutoWeek. In mijn herinnering een goudgeel exemplaar, zoals op de foto's op deze pagina. Normaal gesproken stond het nieuws altijd één of twee bladzijden verderop in het blad, dus ik vermoed dat de foto’s nog op de valreep gedrukt konden worden. Wat mij het meest opviel waren de
De achterlichtunits vormen een doorlopende lijn met de onderkant van de achterruit en zijn helemaal rood (zoals op de Peugeot 106 van 1996 en de 206, de grootste concurrent voor de Clio...). Na de facelift kreeg de Clio het witte rondje in de achterlichten dat ook al op de Ludo te zien was, wat hem optisch breder maakt. Toch heb ik liever de versie van voor de facelift. Omdat ik dat een evenwichtig ontwerp vind, met één duidelijke
Mijn Clio was een 1.9D uit 1999 in de basisuitvoering (dus geen RT of RN), maar wel met deels meegespoten bumpers. Niet aanwezig waren mistlampen, airco (destijds sowieso niet aanwezig op een Clio, want nog echt een luxe) en centrale deurvergrendeling, en je moest zwengelen om de voorste zijramen open te doen. Achter zaten uitklapraampjes, want het was een
driedeursAuto met een deur aan elke kant en een grote achterklep tot aan het dak
. De kleur: donkergrijs metallic, in mijn ogen perfect passend bij het gemoedelijke karakter van het autootje.
Mijn Clio
Met 65 pk en een acceleratie van 0 naar 100 km/h in 15,4 seconden moest je je ook wel een beetje een gemoedelijke rijstijl aanmeten, want even vlot inhalen was er niet bij. Op de snelweg bromde het dieseltje alsof hij een trekker voort moest trekken, met als gevolg dat ik mijn muziek hoorde zonder alle tonen in het lage bereik. En toch vond ik het een heerlijk autootje. Uitkijkend over het blauwgrijzedashboardHet instrumenten-paneel onder de voorruit, met tellers, knoppen etc.
met retrofitAchteraf gemonteerd, dus niet in de fabriek
ingebouwde radio heb ik heel wat snelwegkilometers afgelegd. Wie doet me wat?
Het gemoedelijke karakter was ook goed te zien in de vormgeving van de auto. Ik weet nog dat ik de eerste persfoto’s zag, direct al op pagina 3 van de AutoWeek. In mijn herinnering een goudgeel exemplaar, zoals op de foto's op deze pagina. Normaal gesproken stond het nieuws altijd één of twee bladzijden verderop in het blad, dus ik vermoed dat de foto’s nog op de valreep gedrukt konden worden. Wat mij het meest opviel waren de
koplampLichtunit aan de voorzijde van een auto
en. Die hadden een hele andere vorm dan ik had verwacht.
Tijdlijn van de Renault 5 en Clio
Renault had in 1990 de eerste Clio op de markt gebracht. Dat was een wat kleiner en hoekiger model. Ook een heel leuk autootje trouwens. In 1994 kreeg dat model eenfaceliftUpdate van een bestaand model, vaak met iets aangepaste vormgeving
, waarbij onder andere grotere, bollere koplampjes werden gemonteerd. Ik zeg nu ‘koplampjes’, maar ik kan me herinneren dat ik die bolle kijkers destijds behoorlijk aan de grote kant vond. In 1997 liet Renault de Pangea concept zien, de voorbode van de eerste Kangoo, die later dat jaar op de markt kwam. De vorm van de koplampen was in feite hetzelfde als op de Clio van 1996, maar dan een maatje groter en aangevuld met een oranje knipperlicht eronder, wat ik altijd heb gezien als verwijzing naar de Renault 5 van 1984.
Bogen en hoeken in de koplampen van de Clio (1996), Kangoo (1997), Clio II Phase 2 (2001) en Clio II (1998).
Ik had verwacht dat de Clio vergelijkbare koplampen zou krijgen. Toen ik de eerste foto’s zag was ik dus verbaasd dat de koplampen ‘andersom’ leken te staan. Kijk even met me mee: bij de Clio van ’96 en de Kangoo hebben de koplampen een boog aan de binnenzijde en een ‘hoek’ onderaan de buitenzijde. Bij de facelift in 2001 kreeg de Clio II ook koplampen met zo’n soort vorm. De Clio II van 1998 had min of meer het tegenovergestelde: de ‘hoek’ zit aan de binnenkant en de buitenkant loopt bol.Boven: De koplamp van de Clio II naast die van de 5 'Supercinq'. | Onder: Prototype uit 1986 voor de Clio I [Foto: via @vavon205]
Als je goed kijkt, zie je dat er een golfje in die bolling zit. Ik heb me altijd voorgesteld dat dat is ontstaan als verwijzing naar de koplampen van de Renault 5 van ’84. Dat model had ook wel een ietwat verbaasde blik. Trek je een losse lijn om de koplampen-inclusief-clignoteursKnipperlichten / richtingaanwijzers
van de Supercinq, dan krijg je (met een beetje fantasie) ongeveer de vorm van de koplampen op de Clio II. Ook zaken als het ‘gladde’ uiterlijk en de plaatsing van de achterlichten zie ik als verwijzingen naar de R5. Op Instagram zag ik laatst overigens een prototype uit 1986 voor de eerste Clio; de neus daarvan lijkt wel een beetje een ouderwetsere versie van de neus die de Clio II sierde. Toeval? Of zouden ze een oud idee verder uitgewerkt hebben?
Bovenste helft: de Clio II, Argos, Pangea en Kangoo I. | Onderste helft: de Clio II, Ludo, Next en Clio II Phase 2
Natuurlijk is de Clio meer dan een modernere interpretatie van de R5. In 1998 zag ik het nog niet, maar die opgaande lijn van de achterste zijruiten die optisch doorloopt in de daknaad van de achterklep had Renault al eerder laten zien. Op de Ludoconcept carStudiemodel; vaak een showauto om reacties te peilen
van 1994 is de bolle achterruit al te zien. (Die zorgde er in de Clio overigens wel voor dat het zicht in de achteruitkijkspiegel wat vertekende…) Op de Next concept uit 1995 keert die achterruit weer terug en is daarnaast het zwarte dakspoilertje te zien dat ook op de Clio zat. Op de Next loopt de lijn echt door over de zijkant, waarbij hij niet aan de voor- maar aan de achterkant van de C-stijl
uitkomt. De Next heeft daarachter namelijk nog een extra zijruit, die alleen van de achterruit gescheiden wordt door de hooggeplaatste achterlichten. Op de Clio vinden we die ruit niet, maar een brede C-stijl, die wel dezelfde bolling heeft.
De achterlichtunits vormen een doorlopende lijn met de onderkant van de achterruit en zijn helemaal rood (zoals op de Peugeot 106 van 1996 en de 206, de grootste concurrent voor de Clio...). Na de facelift kreeg de Clio het witte rondje in de achterlichten dat ook al op de Ludo te zien was, wat hem optisch breder maakt. Toch heb ik liever de versie van voor de facelift. Omdat ik dat een evenwichtig ontwerp vind, met één duidelijke
vormtaalHet soort vormen dat gebruikt wordt in een ontwerp, bijv. rond of hoekig
. Maar vooral omdat dat zo'n lekker karakteristiek model is, met een heel goedmoedige uitstraling.
MIJN KLASSIEKERS
In de rubriek Mijn klassiekers voeg ik om de week een model toe aan mijn digitale collectie klassiekers. Daarvoor selecteer ik auto's waarvan het ontwerp mij erg aanspreekt of die herinneringen bij mij oproepen. Nostalgie dus, en erg subjectief. Vandaar ook de rubriektitel: mijn klassiekers.
In de volgende aflevering: Evolutie en revolutie in één auto...