Citroën C6

Er zijn heel wat modellen waarbij ik twijfel of ik ze in deze rubriek zal opnemen – ik moet er wel wat over te vertellen hebben, natuurlijk. Er is echter één auto waarvan het mij gelijk al duidelijk was dat ‘ie niet mocht ontbreken, al zou ik er niets over te zeggen hebben. Dan maar alleen foto’s, hoewel dat ook wel weer wat problematisch zou zijn - maar daarover later meer. Dames en heren, misschien wel de mooiste auto ooit: de Citroën C6.

Citroën C6 (detail)

Na een Renaultje en een Peugeotje is de beurt in 'Mijn klassiekers' deze keer aan een topmodel van Citroën, waarbij 'topmodel' op meerdere manieren opgevat kan worden. Behalve een tijdloze schoonheid, was het namelijk ook het vlaggenschip van Citroën, waarmee het automatisch in een roemrucht rijtje terecht kwam. Er is dan ook bijna geen stukje tekst over de Citroën C6 te vinden - zowel schriftelijk als gesproken - waarin niet verwezen wordt naar de DS, SM en/of CX. En hoewel er absoluut verwijzingen naar die vermaarde voorgangers te vinden zijn in het lijnenspel van de C6 – je zou er een boek over kunnen schrijven – is het ook op zichzelf een magnifiek ontwerp. Het is haast meer dan alleen een auto-ontwerp; op de één of andere manier doet de C6 mij altijd wat aan moderne architectuur denken.

De C6 en zijn voorgangers

Van 1955 tot 2000 had Citroën altijd een in de showroom: de DS werd gebouwd van 1955-1975, de CX van 1974-1991 en de XM van 1989-2000. Vervolgens duurde het vijf jaar voordat er een nieuw model kwam, de C6. Dat had heel anders gekund. Citroën had namelijk al in 1999 de C6 Lignage laten zien, een auto die overduidelijk de voorbode was van de latere C6. Toch werd anders besloten: in 2001 kwam de C5 op de markt. Dat model moest als opvolger van zowel de Xantia als de XM dienen. Gelukkig bedacht Citroën zich later en kwam de C6 in 2005 alsnog op de markt.

De C6 Lignage concept car en het productiemodel van de C6

De aarzeling bij Citroën om een model in het op de markt te brengen is best te begrijpen. Het vergt nogal een investering om een model in die klasse te maken dat met de concurrentie mee kan komen. En een ‘outsider’ als Citroën heeft daar niet genoeg aan; de C6 moest eigenlijk beter zijn dan de concurrentie om mensen over de streep te trekken om een luxe Citroën te kopen. Als ik me de reviews goed herinner, slaagde Citroën daar best in. De auto werd geprezen om het ongeëvenaarde rijcomfort door de hydropneumatische ophanging en ook verder was het technisch voor zover ik weet een innovatieve auto: een motorkap die omhoog komt bij een aanrijding met een voetganger om ernstige verwondingen te voorkomen, een , een digitaal met een ... Bovendien was het een uitzonderlijk stijlvolle auto, onder andere door de boogvormige zijruitpartij en de achterruit.

Concave achterruit, geïntegreerde spoiler, digitale tellers en head-up display, hydropneumatische ophanging

Laatst las ik ergens dat Citroën gemiddeld zo’n 20.000 C6’en per jaar wilde verkopen, terwijl er uiteindelijk tussen 2005 en 2012 in totaal maar zo’n 23.000 geproduceerd zijn. Slik…

De voornaamste redenen daarvoor kwamen uit Duitsland: de Audi A6, BMW 5-serie en Mercedes-Benz E-klasse. Dat zijn de auto’s die het koperspubliek in het E-segment wil hebben. In het beste verkoopjaar van de C6 in Nederland, 2006, verkocht Citroën er 316. In datzelfde jaar verkocht Audi de A6 aan 4.111 Nederlandse klanten, BMW sleet 2.896 stuks van de 5-serie en Mercedes-Benz 2.029 E-klasses. Op afstand volgt dan Volvo met 680 exemplaren van de S80. Kijk je naar de totale verkoop voor zolang het model in productie was, dan kom je op 816 C6’en in Nederland. Er zijn concurrenten die het nóg minder goed deden, zoals de Honda Legend of Lancia Thesis, maar de meeste concurrenten deden het behoorlijk beter, ook andere ‘outsiders’: de Alfa Romeo 166, Jaguar S-type, Peugeot 607, Renault Vel Satis en zelfs de Opel Signum. Hoe kan dat?

De C6 en de genoemde concurrenten

Ik heb werkelijk geen idee. Als ik in de markt zou zijn voor een routière, dan werd het zonder enige twijfel een C6. Sterker nog: ik ben helemaal niet in de markt voor zo’n grote auto, en toch jeukt het elke keer als ik langs een C6 kom. Op foto’s komt de C6 nooit helemaal goed over, vind ik (vandaar dat ik dat in de inleiding problematisch noemde), maar elke keer als ik een C6 in het echt zie, móet ik kijken. En ik raak niet uitgekeken. Ik zou nu alle vormen, vlakken en verwijzingen kunnen beschrijven, elk detail bij langs kunnen lopen, maar daarmee zou ik nog niet onder woorden brengen waarom ik nou juist dit ontwerp zo magnifique vind. Als je het niet ziet, kan ik het je niet duidelijk maken. Smaken verschillen nu eenmaal. Voor mij is de C6 echter de ultieme klassieker en een absoluut meesterwerk. En misschien wel de mooiste auto ooit.

Zou een C6 Break verschil gemaakt hebben? (Eigen ontwerp)